7

Melk: de witte sloper?

Voedselverwarring deel 2

Sinds jaar en dag wordt ons aanbevolen om melk te drinken. Het is immers een belangrijke bron van eiwit en calcium, maar ook van fosfor, vitamine B2 en vitamine B12. We kennen allemaal Joris Driepinter en ‘Melk de witte motor’, maar heden ten dage verschijnen er steeds meer negatieve berichten over melk. Het wordt tegenwoordig door velen gezien als de witte sloper. Melk zou vol zitten met groeibevorderende stoffen die geschikt zijn voor een kalfje, maar niet voor mensen. Het zou het risico op kanker en sterfte vergroten en zou niet zorgen voor sterke botten, maar juist de kans op osteoporose (botontkalking) vergroten. Hoogste tijd om hier opheldering in te verschaffen. 

Auteur: Martijn Hoekstra
Publicatie datum: 21 juli 2021
Leestijd: 4 minuten
Categorie: Voeding

Verhoogde sterftekans door melk? 

In 2014 verscheen er een Zweedse studie in de British Medical Journal waaruit bleek dat het drinken van drie glazen melk of meer per dag zorgde voor een verhoogde sterftekans en verhoogde kans op kanker onder vrouwen (en niet onder mannen)¹. Er zaten echter nogal wat haken en ogen aan dit onderzoek. Er werd in de studie geen onderscheid gemaakt tussen rauwe en gepasteuriseerde melk en magere melk en volle melk, wat de studie volgens sommigen min of meer betekenisloos maakt. Waar ook aan voorbij gegaan wordt is het gebruik van hormonen en antibiotica in de moderne vee-industrie. Hierbij moet gemeld worden dat ten tijde van de dataverzameling van de studie somatotropin (een groeihormoon) nog toegestaan was in de EU. Somatotropin kan invloed hebben op hormonale en metabolische processen in het lichaam. Dit kan als gevolg een grotere kans op kankergerelateerde sterfte hebben² . Waar men ook niet omheen kan is het feit dat deelnemers aan de studie die meer melk dronken een significant hogere energie inname per dag hadden (39% hogere inname bij vrouwen, 24% hogere inname bij mannen). Onze aanbeveling is dan ook dat men de studieresultaten niet moet overschatten, er zitten immers (te)veel haken en ogen aan. Daarnaast staat de studie in contrast met andere studieresultaten, waaruit het volgende blijkt:

  1. Een hoge inname van melk wordt geassocieerd met een 16% verlaagd risico op hart- en vaatziekten en een 8% verlaagd risico op diabetes, twee zeer belangrijke gezondheidsproblemen die het risico op vroegtijdig overlijden vergrotenᶟ ;
  2. Australiërs met een hoge inname van volle melk (339gr per dag of meer) hebben een 69% verlaagd risico op het overlijden aan hart- en vaatziekten, ten opzichte van hun leeftijdsgenoten⁴;
  3. Nederlandse volle zuivel liefhebbers hebben een 1% lager risico op totale sterfte voor elke 10g volle zuivel consumptie per dag⁵ .

Al met al is het dus onwaarschijnlijk dat melk zorgt voor een verhoogde kans op kanker en sterfte in het algemeen.  

Osteoporose

Een ander verhaal wat de ronde doet is dat melk zou bijdragen aan een verhoogd risico op osteoporose, oftewel botontkalking. Botten worden dan zwakker en de kans op botbreuken neemt toe. Calcium, waar melk rijk aan is, zorgt samen met een aantal andere mineralen en vitamines (waaronder magnesium en vitamine D) voor botopbouw, maar melk zou een zogeheten zuur product zijn wat juist zorgt voor botafbraak. Dit zit zo; bepaalde voedingsmiddelen maken het lichaam wat zuur, waardoor de pH-waarde (zuurgraad) naar beneden zakt. Het gevolg is dat onder andere calcium uit botten wordt onttrokken om de pH-waarde weer in balans te brengen. Eiwitrijke producten, zoals vlees, kip, vis en zuivel (waaronder melk), hebben een verzurend effect in het lichaam, maar ook frisdrank, alcohol, koffie, snoep, chips, geraffineerde granen en bewerkte voedingsmiddelen die rijk zijn aan suiker en/of zout hebben dit effect. Ook te weinig drinken, verschillende soorten medicatie en chronische stress dragen bij aan verzuring van het lichaam. Om de verzuring van het lichaam tegen te gaan/te compenseren moet men basische producten binnenkrijgen, zoals groente, fruit en knollen. Helaas zijn dit juist de producten die men in Nederland veelal te weinig binnenkrijgt. Een stuk vlees heeft wellicht een verzurend effect in het lichaam, maar een stuk vlees samen met groente heeft dit niet, omdat de groente het negatieve effect opheft. Dit is één van de redenen om eiwitrijke voedingsmiddelen samen te eten met groente en/of fruit. Tot slot wordt er in onze westerse samenleving weinig bewogen, er is vaak sprake van chronische onderbelasting. En laat beweging nou net heel belangrijk zijn voor gezonde, sterke botten.

Krachttraining en melk 

Wij zijn nogal sportfanaten. Naast voeding heeft gewichtheffen en krachttraining onze interesse. Het boek de Voedselzandloper beweert, naast vele anderen, dat melk zorgt voor snellere celdeling en dus voor groei, met als gevolg versnelde veroudering. Melk zou groeibevorderende stoffen bevatten en in het menselijk lichaam de concentratie van de hormonen insuline en IGF-1 verhogen. Dit zijn zogeheten anabole (opbouwende) hormonen. Ze bevorderen de opname van glucose, eiwit en vet. De Voedselzandloper beweert dan ook dat je geen melk moet drinken, omdat dit bijdraagt aan snelle celdeling en groei, met als gevolg snelle veroudering. In dit opzicht zou je kunnen denken dat je voorzichtig moet zijn met melk, je wilt immers niet te snel verouderen, maar snelle celdeling betekent ook versnelt herstel en groei na inspanning. Krachtsporters en mensen met een fysiek zwaar beroep hebben dus baat bij melk. Het versnelt het herstel na fysieke inspanning en draagt bij aan de opbouw van spiermassa.  

Afsluiting

Kamp je niet met lactose-intolerantie of een koemelkallergie, dan is melk in onze ogen nog steeds een prima product, maar de aanbeveling van drie glazen per dag is niet nodig omdat dit verschilt per individu. Zo hebben sporters en mensen met een fysiek zwaar beroep meer baat bij melk dan mensen die vrijwel de hele dag zittend doorbrengen. Kies bij het drinken van melk liever wel voor biologische (volle) melk van grasgevoerde koeien, deze bevat minder vervuilde stoffen zoals antibioticaresten en heeft een betere (natuurlijkere) vetzuursamenstelling. Koeien horen namelijk gras te eten, en geen sojabrokken en mais. Het voer dat de koeien krijgen heeft invloed op de vetzuursamenstelling van de melk. Concluderend kunnen we zeggen dat je nog steeds met een gerust hart kunt genieten van een lekker glas (biologische volle) melk. 

  1. Michaëlsson, K., Wolk, A., Langenskiöld, S., Basu, S., Warensjö Lemming, E., Melhus, H., et al. (2014). Milk intake and risk of mortality and fractures in women and men: cohort studies. British Medical Journal, 349: g6015.
  2. Allen, N. E., Appleby, P. N., Davey, G. K., Kaaks, R., Rinaldi, S., & Key, T. J. (2002). The associations of diet with serum insulin-like growth factor I and its main binding proteins in 292 women meat-eaters, vegetarians, and vegans. Cancer Epidemiology, biomarkers & prevention , (11), 1441-8.
  3. Elwood, P. C., Givens, D. I., Beswick, A. D., Fehily, A. M., Pickering, J. E., & Gallacher, J. (2008). The survival advantage of milk and dairy consumption: an overview of evidence from cohort studies of vascular diseases, diabetes and cancer. Journal of the American College of Nutrition , (6), 723S-34S.
  4. Bonthuis, M., Hughes, M. C., Ibiebele, T. I., Green, A. C., & van der Pols, J. C. (2010). Dairy consumption and patterns of mortality of Australian adults. European Journal of Clinical Nutrition , (6), 569-77.
  5. Goldbohm, R. A., Chorus, A. M., Galindo Garre, F., Schouten, L. J., & van den Brandt, P. A. (2011). Dairy consumption and 10-y total and cardiovascular mortality: a prospective cohort study in the Netherlands. American Journal of Clinical Nutrition , 93 (3), 615-27.
  6. Kerstetter, J. E., O’Brien, K. O., Caseria, D. M., Wall, D. E., & Insogna, K. L. (2005). The impact of dietary protein on calcium absorption and kinetic measures of bone turnover in women. Journal of endocrinology and metabolism , 90(1), 26-31.
  7. Sebastian, A., Frassetto, L. A., Sellmeyer, D. E., Merriam, R. L., & Morris, R. C. (2002). Estimation of the net acid load of the diet of ancestral preagricultural Homo sapiens and their hominid ancestors.American Journal of Clinical Nutrition , 76(6), 1308-16.